U bent hier

Vissen in de Ardennen

Vissen te midden de wondermooie natuur, luisteren naar vogelzang terwijl u wacht op een beet. De Ardennen bieden u als visser heel wat mogelijkheden. Zo kan je er sportvissen of gewoon je hobby uitoefenen in de Ardeense rivieren. Wist u trouwens dat er in de Ardennen zo'n 18 verschillende vissoorten leven? Daarvan zijn er wel enkele beschermd! Lees daarom onderstaande informatie grondig door ! Meer info over de Waalse visregelgeving in Wallonië kan u hier donwloaden! Je goed Informeren is de boodschap! Visvurgunning is verplicht!

U dient zelf te zorgen voor visgerij. Dit is niet in de chalet aanwezig. U kunt indien u dat wenst visgerij of toebehoren aankopen in onderstaande winkel(s):

Vresse Sur Semois

Deze winkel verkoopt uitsluitend vismateriaal. (7 km van Bohan)
La Frayère
Rue du Ruisseau 5
5550 Vresse Sur Semois
Tel: 061 50 20 21

Gedragsregels voor vissers

  1. U laat geen afval rondslingeren. Kuis het op en deponeer het in de juiste vuilbak.
  2. Gooi geen afval in de Semois! De Semois is geen stort!
  3. Heb altijd uw visvergunning op zak wanneer u vist. Als u bij het vissen geen vergunning kan voorleggen aan de bevoegde persoon kan u zwaar beboed worden! Boetes tot € 500 zijn mogelijk!
  4. Hou de oever aan onze chalet steeds proper. Laat geen vishaken rondslingeren zodat kleine kinderen zich niet kunnen kwetsen.
  5. Wees beleeft tegen voorbijgangers.
  6. U dient als visser het regelement zorgvuldig na te komen.
  7. Laat andere dieren met rust.
  8. Weet welke soorten vissen u mag vangen op elk tijdstip van het jaar!
  9. Ruim na het vissen het visgerij terug op.
  10. Heb respect voor de mooie natuur!

Hieronder vind u een opsomming van de 18 verschillende vissoorten met nuttige info en hun wettelijke afmetingen.

Vissen die kleiner zijn dan de wettelijke maten dienen terug gezet te worden in de rivier waar u ze gevangen heeft!! De lengte van de vis wordt gemeten van de punt van de bek tot het uiteinde van de staartvin.

Soort vis
Info
Paling
Paling Wettelijke maat: - (niet bepaald)

De paling heeft een heel afwijkende lichaamsbouw in vergelijking met de meeste andere in België voorkomende vissoorten. Zijn slangachtige bouw zorgt ervoor dat hij zich razendsnel kan ingraven als er gevaar dreigt. Het grootste gedeelte van de dag ligt hij dan ook ingegraven, om 's nachts tevoorschijn te komen om te gaan jagen. Hij jaagt hierbij, met zijn, buisvormige goed ontwikkelde neusgaten, hoofdzakelijk op de reuk. Hij lokaliseert hiermee ongewervelden zoals vlokreeften, muggenlarven en aasgarnalen om ze vervolgens bliksemsnel te vangen en op te eten. Als de paling groter wordt richt hij zich op grotere prooien, en afhankelijk daarvan ontwikkelt hij zich in een breed of spitskoppige paling. Het mannetje wordt niet groter dan 40 cm. terwijl het vrouwtje, dat ook veel langer in het zoete water blijft, een lengte kan bereiken van 120 cm.

Baars
Baars Wettelijke maat: - 18 cm

De rugvinnen zijn gescheiden, nagenoeg zonder tussenruimte. De eerste rugvin heeft 13–17 harde vinstralen, de tweede rugvin heeft 13–16 weke stralen. Op de kieuwdeksels bevindt zich een lange stekel. De kleur van de rug is bruinachtig groen, aan de zijden geelachtig, aan de buik wit met gouden weerschijn. Over de flanken lopen naar de buik 6–9 donkere verticale banden. Het einde van de eerste rugvin draagt een zwarte vlek. De borstvinnen zijn geelachtig bruin, de anale vin is meestal rood. De kleurtekening vertoont nogal wat variatie. Er komen zelfs goudkleurige exemplaren voor. Lengte tot 40 cm, zelden groter, maximale lengte is 60 cm.

Beekforel
Beekforel Wettelijke maat: - 24 cm
De Beekforel heeft zijn natuurlijke leefmilieu in snelstromende rivieren met grillige vormen. Hun geliefde plaatsen zijn vooral de stuwdammen. De Beekforel is een sterke vis. Hij heeft een gespierd lichaam van dat bij volwassenheid tussen de 40 en de 60 cm meet. De staartvin is recht met nauwelijks inkepingen. De kleur kan erg variëren waarbij echter de rugzijde altijd donkerder is dan de buikzijde. De rug is groenbruin tot grijsgroen en soms geel met zwart. Wat echter altijd opvalt zijn de kleurige stippen met een zwarte kern en een licht rand er om heen. Deze rand kan in grootte verschillen.
De oudere mannetjes hebben nog een ander opvallend uiterlijke kenmerk. De onderkaak is tot een haak omgebogen richting de bovenkaak. Het gezichtsvermogen is erg goed.
Brasem
Brasem Wettelijke maat: - (niet bepaald)

De brasem behoord tot de grote familie van de Karpers. Het lichaam is hoog gebouwd en sterk zijdelings samengedrukt. De flanken zijn bronskleurig, de kop en rug grijsbruin. Jonge brasem, ook bliek genoemd, is zilverglanzend. De buik is zilverwit en de vinnen donkergrijs. De bek is onderstandig en uitstulpbaar. Maximale lengte 90 cm. Na vijf jaar is de gemiddelde lengte 23 cm.
Het voedsel van de brasem bestaat uit bodemdieren als insectenlarven, weekdieren (erwtenmosseltjes). Woelt op zoek naar prooi met de uitstulpbare bek de bodem om, waardoor kenmerkende kuiltjes ontstaan met een middellijn van ca. 15 cm, de brasemputten. De paaitijd (zie paaien) valt van mei tot in juni. De paring vindt plaats in ondiepe oeverzones, waar de eieren tussen waterplanten worden afgezet.

Karper
Karper Wettelijke maat: - 25 cm
In België wordt de karper massaal gekweekt en jaarlijks uitgezet ten behoeve van de hengelsport. Behalve de gewone karper worden nog een aantal variëteiten gekweekt en uitgezet: spiegelkarper, met onregelmatig verspreide schubben van ongelijke grootte; edelkarper, met regelmatig geplaatste schubben; lederkarper, bijna zonder schubben, ook wel naaktkarper genoemd; rijenkarper, met één enkele rij grote schubben op de zijlijn en enkele kleine schubben verspreid op de rug. De wettelijke minimummaat voor het vissen met de hengel is in België 25 cm (na twee à drie jaar).
Kopvoorn
Kopvoorn Wettelijke maat: - 25 cm
De blankvoorn of voorn (Rutilus rutilus) is de meest algemene voornsoort, die in allerlei watertypen voorkomt. Grootte max. 45 cm. Buikvinnen en anaalvin oranjerood. De eerste rugvinstraal staat boven het begin van de buikvinnen. Dit in tegenstelling tot de ruisvoorn, waar de inplanting van de eerste rugvinstekel achter het begin van de buikvinnen staat.
Rietvoorn

Rietvoorn

Wettelijke maat: - 15 cm

De rietvoorn is een relatief langzaam groeiende soort, die na 10 jaar meestal 20–35 cm groot is. Grootte max. 45 cm. De rietvoorn bewoont heldere wateren met weelderige plantengroei.
Het voedsel bestaat uit waterplanten, slakken en waterinsecten en hun larven. De rietvoorn leeft dikwijls samen met andere karperachtigen in kleine schoolverbanden, overwintert in dieper water en paait in mei–juni tussen waterplanten.
De tot 200 000 eieren worden op waterplanten afgezet.
 

Snoekbaars
Snoekbaars Wettelijke maat: - 40 cm
De naam snoekbaars draagt deze soort wegens de snoekachtige kop. Net als de baars heeft de snoekbaars de rugvinnen gescheiden, nagenoeg zonder tussenruimte, waarbij de tweede rugvin 19–24 weke stralen heeft. De kop is langgerekt (snoekachtig). De kleur is grijsgroen op de rug, de zijden en buik zijn grijswit met koperglans. Op de rug bevinden zich talrijke donkere dwarsbanden en vlekken. De rugvin en meestal de staartvin hebben in rijen gerangschikte donkere strepen. De lengte is tot 1,2 m met een gewicht van 13 kg. De paaitijd (zie paaien) valt van april tot juni. Het is een roofvis.
Vlagzalm
Vlagzalm Wettelijke maat: - 28 cm
De vlagzalm houdt van heldere, koele stromen en beken. De vis is erg gevoelig voor een verslechtering van de waterkwaliteit.
De vis voedt zich met insecten, insectenlarven en bliekjes.
De vlagzalm komt vooral in de Ardeense waterlopen voor. Hij kan tot 6 jaar oud worden. De vlagzalm is te herkennen aan zijn bruine kleur met zwarte vlekken. De ogen zijn oranjeachtig en de vinnen zijn opvallend hoog vandaar de naam "vlagzalm".
Zeeforel
Zeeforel Wettelijke maat: - (niet bepaald)

De zeeforel leeft in zoetwater. Hij verkiest bij voorkeur de rivieren om te paren. Hij voed zich vooral met insecten. Te herkennen aan: Tussen de achterkant van de vetvin en de zijlijn liggen 14-17 rijen schubben. De bovenkaak loopt door tot achter het oog. Op het lichaam komen zwarte, min of meer kruisvormige, vlekjes voor.

Barbeel

Barbeel Wettelijke maat: - 30 cm

De barbeel heeft vier korte voeldraden op de bovenlip. Het is een bodemvis, die in kleine groepjes leeft. Hij is karakteristiek voor de middenlopen van snelstromende, heldere en onvervuilde rivieren. Deze riviergedeelten worden naar de vis de barbeelzone genoemd. De barbeel zoekt 's nachts voedsel: insecten, insectenlarven, wormen, slakken, erwtenmosseltjes (zie weekdieren) en kleine vissen. Overdag staan de dieren in de stroming, vaak bij stroomversnellingen en watervallen. Voortplanting in mei–juni. In België wordt hij eveneens in de Maas aangetroffen en in de benedenloop van haar grote zijrivieren (Ourthe-Vesder, Samber, Semois).

Elrits
Elrits Wettelijke maat: - (niet bepaald)

De elrits is een klein, gestroomlijnd visje, met bruine en zwarte vlekken in verticale banden over het gehele lichaam. De overwegende kleur van de elrits is afhankelijk van zijn omgeving. Meestal is de vis bruin tot geel van kleur. De vis heeft opvallend kleine schubben en een eindstandige bek (wijst naar voren). In de paaitijd heeft het mannetje een rode buik, een groene rug en een blauwe band langs de zijlijn. Tevens ontstaat er paaiuitslag in de vorm van witte bobbeltjes op de kop.
De elrits is na ongeveer 2 tot 3 jaar geslachtsrijp. De paaitijd ligt tussen april en augustus en vindt meerdere malen per jaar plaats.
De elrits voedt zich voornamelijk met zoöplankton, waterplanten en muggenlarven.
De vis is een echte beekvis.
De maximale leeftijd van de elrits 3 jaar. Een elrits wordt maximaal zo'n 7 centimeter. Vissen van meer dan 3 jaar of 6 centimeter worden zelden gevangen.

Sneep
Sneep Wettelijke maat: - 25 cm
De sneep is een lichtgekleurde vis met een bruingroene rug en zilverkleurige flanken met een iets koperkleurige gloed. De onderstandige bek zorgt ervoor dat de sneep algen, andere vegetatie en kleine larven van stenen e.d. kan schrapen. De bek, die hoornig is, is de vis daarbij goed behulpzaam.
De sneep wordt vaak verward met de blauwneus. Het verschil tussen beide vissen bestaat onder andere uit de korte anaalvin van de sneep waarin zich dertien tot veertien vinstralen bevinden.
De paaitijd van de sneep ligt tussen maart en eind mei. De sneep houdt van zuurstofrijk stromend water. Als het de vis goed bevalt, komt zij ieder jaar naar dezelfde plek terug. Snepen leven vaak in scholen.
Voorn
Voorn Wettelijke maat: - 25 cm
De voorn komt vrij algemeen voor in de meest uiteenlopende wateren. Het zijn langzame groeiers en ze bereiken pas na zo'n 10 jaar een lengte van 30 cm. De maximale lengte is ongeveer 40 cm. De jonge exemplaren vormen een belangrijke voedselbron voor roofvissen. De voorn zelf eet vooral algen, zachte planten en verder nog wat kleine waterdiertjes. De voorn onderscheidt zich van de rietvoorn, ook wel ruisvoorn genoemd, door zijn lichtere kleur en zijn meer naar voren staande rugvin. De paaitijd is in mei en juni en daarbij legt het vrouwtje zo'n 100 a. 200.000 eitjes. Deze 1.5 mm. kleine doorzichtig gele eitjes kleven aan ondiepe waterplanten.
Snoek
Snoek Wettelijke maat: - 50 cm

De snoek is een echte roofvis. Hij voedt zich met alle soorten vis, zelfs zijn kleinere soortgenoten zijn niet veilig voor zijn roofzucht, maar in het algemeen zijn het toch de zieke of zwakke vissen die aan hem ten prooi vallen. Niet vanwege speciale voorkeur voor deze vissen, maar omdat deze makkelijker door hem zijn te vangen. Deze eigenschap zorgt ervoor dat de visstand in water waar de snoek voldoende in voorkomt gezond blijft.

De snoek komt zowat overal in België voor. Je kan hem vinden in kleine slootjes als in de Ardeense rivieren. Leeft zeer graag in stromend water.

Grondel
Grondel Wettelijke maat: - (niet bepaald)
De zwarte grondel heeft een naar verhouding erg korte staartwortel. De borstvinnen hebben aan hun bovenzijde
een paar korte, vrije vinstralen. Deze vormen een soort franjezoom. De eerste rugvin, die bij het mannetje
verlengd is, reikt minstens tot het midden van de tweede rugvin als hij samengedrukt is.
De voorste neusgaten zijn buisvormig, met een eenvoudige flap op de rand.
De buikvinnen zijn samengegroeid tot een ronde zuigschijf. De schijf heeft slechts weinig zuigkracht.
Alle Europese zeegrondels zijn rovers die zich voeden met wormen, kleine kreeftachtigen, vissenlarven, slakken
en soms kleine vissen.
Atlantische Zalm
Atlantischezalm Wettelijke maat: - (niet bepaald)
De atlantische zalm is te herkennen aan de brons-bruine kleur. Ze voeden zich met plankton, insecten, schaaldieren en kleine vissen. Eerder zeldzaam in de Ardeense rivieren. Dit is ook een beschermde vissoort !
Kroeskarper
Kroeskarper Wettelijke maat: - (niet bepaald)

De kroeskarper is een vis die nog wel eens wordt verward met de giebel. In tegenstelling tot de giebel heeft de kroeskarper echter geen neusje en is de kroeskarper koper/bronsachtig van kleur. De kroeskarper heeft geen baarddraden en een opvallend hoge rug.
De kroeskarper is na ongeveer 2 tot 4 jaar geslachtsrijp, de mannetjes eerder dan de vrouwtjes. De paaitijd begint in mei en duurt ongeveer tot de maand juni.
De kroeskarper voedt zich voornamelijk met kreeftachtigen en waterplanten.
Het is een sterke vis, die in ondiepe wateren goed kan overleven, doch komt voornamelijk in diepere meren en plassen voor.
De maximale leeftijd van de kroeskarper ligt rond de 10 jaar. Een grote kroeskarper is er een van 40 centimeter.

Per visdag mag er per vissoort een bepaalde hoeveelheid gevangen worden. Dit om het visbestand in de Ardeense rivieren op peil te houden. Hieronder een opsomming:

 

Na een dag vissen op een rivier mag u als visser de volgende hoeveelheden daarvan houden: Verbodstekens die aangeven waar het verboden is te vissen: Meestal in de buurt van stuwdammen, sluizen, jachthavens e.d.
  • Snoek: 2 stuks per visdag
  • Vlagzalm: 4 stuks per visdag
  • Snoekbaars: 2 stuks per visdag
  • Beekforel: 5 stuks per visdag
  • Karper: 2 stuks per visdag
  • Eltrits: 50 stuks per visdag
  • Grondel: 30 stuks per visdag
pijl
Verboden te vissen!

Verboden

  • Het gebruik van een bootshaak.
  • Fles met ellerling.
  • Vissen met een sleepnet aan boord van een motor voertuig.
  • Vissen met een tinnen of loden visje.
  • Vissen onder het ijs.
  • Het gebruik van bloed of merg als aas of lokmiddel.

Beschermde vissoorten

  • bittervoorn
  • steur
  • bot
  • lamprei
  • modderkruiper
  • atlantische zalm

 

Indien u meer vissen heeft gevangen dan het toegelaten aantal kan u streng beboed worden! Hieronder vind u het schema dat aangeeft waar, wanneer en wat mag gevangen zijn.

 

Waterlopen
Van 1 januari tot 29 februari
Van 1 maart tot de opening van het visseizoen op forel (3de week van maart
Na de opening van het visseizoen op forel De algemeene opening
Van de algemeene opening tot 30 september (1ste week van juni)
Van 1 oktober tot 31 December
MAAS-SAMBER (inbegrepen de afsnijdingen of "vieilles Sambres" beheerd door de dienst Waters en Bossen) Alle vissoorten behalve: snoek, baars, snoekbaars, vlagzalm, forel en bronforel. Alle vissoorten behalve: snoek, baars, snoekbaars, vlagzalm, forel en bronforel. Voorn, Alvertje, rietvoorn, brasem, grondel, steenkarper, en zeelt met 1 of 2 lijnen voorzien van slechts één enkele haak en zonder aas.
ALLE VISSOORTEN
Alle vissoorten behalve forel en bronzalm
MEHAIGNE Alle vissoorten behalve: snoek, baars, snoekbaars, vlagzalm, forel en bronforel.
VERBODEN
Forelvissen vanaf de oever met kunstvliegen als aas, zonder gewichten of toevoegsels. (1)
ALLE VISSOORTEN
Alle vissoorten behalve forel en bronzalm
LESSE
- Stroomopwaarts van haar samenvloeiing met de Lhomme
VERBODEN
VERBODEN
Forel, bronforel, ellerling, grondel
ALLE VISSOORTEN
VERBODEN
LESSE
- Stroomafwaarts van haar samenvloeiing met de Lhomme
Alle vissoorten behalve: snoek, baars, snoekbaars, vlagzalm, forel en bronforel.
VERBODEN
Forel met kunstvliegen als aas, zonder gewichten of toevoegsels
ALLE VISSOORTEN
Alle vissoorten behalve forel en bronzalm
SEMOIS Alle vissoorten behalve: snoek, baars, snoekbaars, vlagzalm, forel en bronforel.
VERBODEN
Forelvissen vanaf de oever met
ALLE VISSOORTEN
Alle vissoorten behalve forel en bronzalm
VIROIN Alle vissoorten behalve: snoek, baars, snoekbaars, vlagzalm, forel en bronforel.
VERBODEN
Forelvissen vanaf de oever met kunstvliegen als aas, zonder gewichten of toevoegsels. (1)
ALLE VISSOORTEN
Alle vissoorten behalve forel en bronzalm
MEREN VAN HET STUWCOMPLEX VAN EAU D'HEURE Alle vissoorten behalve: snoek, baars, snoekbaars, vlagzalm, forel en bronforel. Alle vissoorten behalve: snoek, baars, snoekbaars, vlagzalm, forel en bronforel. Voorn, rietvoorn, brasem, grondel,karper, steenkarper, zeelt, alvertje, winde en forel met 1 of 2 lijnen voorzien van slechts één enkele haak en zonder aas.
ALLE VISSOORTEN
Alle vissoorten behalve forel en bronzalm
RIVIERGEDEELTEN STROOMOPWAARTS VAN DE: Burnot, Bocq, de beek van Fosse, Hermeton, Molignée, Samson, dichtbij hun samenvloeiing met de Maas of de Samber
VERBODEN
VERBODEN
VERBODEN
ALLE VISSOORTEN
VERBODEN
ALLE ANDERE WATERLOPEN OF GEDEELTEN DAARVAN, DIE HIERBOVEN NIET ZIJN VERMELD
VERBODEN
VERBODEN
Forel, bronzalm, ellerling, riviergrondel
ALLE VISSOORTEN
VERBODEN

 

  1. In afwijking daarvan, van de opening van het visseizoen op forel tot de algemene opening is het enkel toegestaan vanaf de oever om forel te vissen met kunstvliegen als aas, zonder gewicht of toevoegsel.
  2. Vanaf 28 februari is het toegestaan te vissen vanuit een bootje.
  3. Wenst u meer info over de Waalse regelgeving i.v.m. vissen? Dan kunt u die hier downloaden.

Soorten vergunningen

A: De gewone vergunning voor het vissen met één ot twee hengels van op de oever van het water.

B: Voor het vissen met één of twee hengels van op de oever van het water en, daar waar toegelaten, van op andere plaatsen (rivierbedding, boot of vaste steiger).

Kinderen jonger dan 14 jaar mogen zonder vergunning vissen:

  • Indien ze vergezeld zijn van ouders of persoon met visvergunning.
  • Op zaterdagen, zondagen, wettelijke feestdagen en tijdens de schoolvakanties
  • De kinderen mogen vissen met één pers en een eenvoudige haak.

Bijkomende vergunning

Wil je ook op de stukken beheerd door club en verenigingen vliegvissen dan zal je bij deze clubs en verenigingen nog een ‘bijkomende vergunning’ moeten aanschaffen. Deze bijkomende vergunning is meestal op jaarbasis, soms worden week- en sporadisch dagvergunningen gegeven. Ter plaatse informeren is de boodschap. Tenslotte: als je op privé stukken wil gaan vliegvissen dan moet je daarvoor de toestemming hebben van de eigenaar.

Kostprijs voor de vergunningen

Vergunning A: € 12,39 (op jaarbasis)
Vergunning B: € 37,17 (op jaarbasis)

Waar de vergunning kopen?

Deze vergunning kan je het best aankopen in een postkantoor in het Waals Gewest. Let op: niet alle postkantoren zijn open tijdens de weekends!